Als je binnenstapt bij CUCU (uit te spreken als: tjoe tjoe) voel je je gelijk thuis. Dit Moluks-Indonesisch restaurant in Zwijndrecht ligt aan het gezellige Veerplein. En dat meerdere mensen CUCU een succes vinden, bewijst de opening van de tweede zaak: CUCU Foodbar. De rijke familiegeschiedenis, maakt het restaurant nog leuker.
Indonesisch eten: laat dat nu net de favoriete kost zijn van mijn vriend. Op weg naar CUCU zat hij zich al te verlekkeren. Maar Moluks-Indonesisch, is dat anders dan Indonesisch eten? Bij binnenkomst zijn we even verbaasd: dit is geen traditioneel Indonesisch restaurant. Geen rieten stoelen en traditioneel aangeklede tafels, maar een stoere bar, een felblauwe muur, houten stoelen en hanenkooien als lampen. Het is een mooie mix van oude en nieuwe spulletjes.
Recepturen moeten blijven bestaan
CUCU (dat trouwens kleinkind betekent) is een echt familierestaurant. Twee jaar geleden besloot eigenaresse Leila Hamer, het oudste kleinkind van de familie, het roer om te gooien. Ze werd 40 jaar en wilde wat doen met haar rijke familiegeschiedenis en het erfgoed bewaren. ‘Met verjaardagen staat eten cnaar de receptuur van oma Neila centraal. Omdat de oudere generatie uitdunt, verdwijnen daarmee ook de familierecepten. Dat wilde ik niet,’ legt Leila uit. Toen er in Zwijndrecht op het Veerplein een pand vrijkwam was het dus nu of nooit. ‘Tijdens een familiebijeenkomst heb ik gevraagd of mijn familie mee wilde helpen en zij waren enthousiast. Ik ben een bedrijfsplan gaan schrijven en het heeft uiteindelijk een jaar geduurd voordat het restaurant geopend is.'
Rendang om je vingers bij af te likken
We nemen vlakbij de bar plaats en beginnen de avond met wat Indonesische hapjes. Cassave met sambal, lemper met kip, loempia’s en pasteitjes en een glas lekker frisse sauvignon blanc met Verdejo. Omdat we zoveel mogelijk willen proeven, kiezen we voor de rijsttafel, maar je kunt ook zelf je diner samenstellen met de verschillende kip-, vlees-, vis- en groentegerechten die op de kaart staan.
Al gauw staat de tafel vol met buncis tumis (gewokte boontjes), ayam semur (gesmoorde kippendijen), atjar kuning (groentesalade met geelwortel), sayur lodeh (groenten in kokos), sambal goreng telor (gefrituurde gekookte eitjes), pindang kuning (makreel), cumi cumi (inktvis), rendang, sateh ayam en sateh kambing (kip- en lamssaté), nasi kuning (gele rijst), mie en kroepoek. De rendang is de lekkerste die ik ooit gegeten heb. Wat opvalt is dat de gerechten niet pittig zijn. Zelfs niet de makreel, die ik toch echt ken als spicy.
‘Dat is het verschil tussen de Molukse en Indonesische keuken. De Molukse keuken kent zachtere smaken,’ legt Leila uit.
In de bediening staan de kleinkinderen van oma Neila. De meesten hadden geen ervaring in de horeca voordat ze bij CUCU kwamen werken, maar daar is nu nog weinig van te merken. Ze zijn vriendelijk en er hangt een relaxte sfeer.
Heel de familie aan het werk
Met CUCU zorgt Leila ervoor dat 18 familieleden aan het werk zijn. ’s Ochtends maken de tantes de mise en place, ’s avonds staan de kleinkinderen in de keuken en bediening. Daarnaast is er een vaste kok aan het werk. Dat werken met familie niet altijd makkelijk is, heeft Leila ook ondervonden. ‘Naast kleinkind, ben ik ook werkgever geworden. Ik heb een andere rol in de familie gekregen, wat af en toe wel voor wat familiestrubbelingen heeft gezorgd. Maar na twee jaar heeft iedereen zijn plek gevonden en bouwen we samen aan CUCU.'
Nu ook CUCU Foodbar

Sinds november is er om de hoek van restaurant CUCU de Foodbar geopend. ‘Eerst kon je hier in de zaak ook afhalen, maar dat werd veel te vol.’ Nu de Foodbar geopend is, kan er ook een beetje geëxperimenteerd worden met nieuwe gerechten. ‘Zo kunnen we goed zien of iets aanslaat, zodat we het vervolgens in het restaurant op de kaart kunnen zetten.’ Spekkoek, loempia’s, sambals: alle lekkernijen uit het restaurant zijn in de Foodbar te koop. Daarnaast verkoopt de Foodbar ook originele gifts.
Natuurlijk krijgen wij die rijsttafel niet helemaal op. Maar bij CUCU verdwijnen de restjes niet in de vuilnisbak. Met een doggybag vol leftovers, vertrekken we weer naar het Dordtse eiland. Wat een leuk restaurant!